De vraag die veel ondernemers bezig houdt, is of het niet beter is om naar een BV over te gaan. Uiteraard spelen hier allerlei overwegingen een rol, zoals persoonlijke aansprakelijkheid. De fiscaliteit blijkt echter voor veel ondernemers doorslaggevend te zijn. Hierbij op hoofdlijnen de stand van zaken anno 2025.
Voor de keus of een BV interessant is, moet een vergelijking worden gemaakt tussen het effectieve tarief voor de eenmanszaak ten opzichte van dezelfde onderneming in de vorm van een BV. Daarbij zijn er elementen die per situatie verschillend zijn. In algemene zin geldt:
Fiscale ontwikkelingen voor ondernemers
Voor de zelfstandige zijn de ondernemersvoordelen een belangrijk element. Verschillende ondernemersvoordelen zijn echter fors teruggeschroefd.
- De zelfstandigenaftrek wordt jaarlijks afgebouwd. Inmiddels is dit voordeel teruggebracht naar € 2.470. In 2027 zal het voordeel nog slechts €900 bedragen.
- De MKB-winstvrijstelling is teruggebracht naar 12,7%.
- Het aftrektarief voor de ondernemersvoordelen is slechts de 1e schijf van 37,48%.
Dit alles bij elkaar zorgt ervoor dat de belastingdruk voor de ondernemer behoorlijk is toegenomen ten opzichte van enkele jaren geleden.
Voor de belastingdruk zijn ook andere elementen van belang, zoals de premie zorgverzekeringswet. Alles meegerekend bedraagt het effectieve tarief voor de IB-ondernemer (lagere inkomens hier niet relevant):
Inkomen tot | Box 1 – heffing |
€ 35.008 – € 38.441 | 39,14 % |
€ 43.071 | 39,18 % |
€ 46.503 | 47,92 % |
€ 89.370 | 52,88 % |
€ 90.462 | 56,78 % |
€ 129.077 | 51,25 % |
> € 129.077 | 44,74 % |
Fiscale ontwikkelingen voor de dga / BV
- Naast de belastingheffing over de winst in de BV (19%-25,8%) vindt een aanvullende heffing plaats in box 2 over opbrengsten in privé. Dit tarief is opgeknipt in een laag tarief (24,5%) en een hoog tarief (31%). Fiscaal partners kunnen tweemaal de lage schijf gebruiken.
- Een nadeel vanaf 2025 is dat bij een dividenduitkering de heffingskorting lager uitvalt.
- De aandeelhouder moet een marktconform salaris genieten (minimaal € 56.000 per jaar). Dit salaris is belast in box 1, zonder toepassing van ondernemersvoordelen.
Het effectieve tarief over het dga-salaris is:
Inkomen tot | Box 1 – heffing |
€ 35.008 – € 38.441 | 45,16 % |
€ 43.071 | 45,16 % |
€ 75.864 | 55,59 % |
€ 76.817 | 50,33 % |
€ 129.077 | 56,01 % |
> € 129.077 | 49,50 % |
Dit tarief kan echter niet 1-op-1 worden vergeleken met het tarief van de IB-ondernemer. De dga heeft namelijk als voordeel dat een deel van de winst in zijn BV kan achter blijven, waardoor niet alles direct belast is als salaris of als dividend. De genoemde belasting over het salaris gaat dus slechts over een deel van het resultaat. Daarnaast is de BV maximaal 25,8% vennootschapsbelasting verschuldigd over de winst. De niet uitgekeerde winst is pas later belast en leidt dus tot een liquiditeitsvoordeel.
Voorbeeld
Globaal kan worden gesteld dat, bij een winst van € 150.000, een dga-salaris van € 56.000, en een jaarlijkse uitkering van de winst, het netto-voordeel van de BV ruim € 5.000 per jaar bedraagt. Vanaf een winst van € 92.000 is een BV dan fiscaal voordeliger. Overigens is het zo dat het voordeel weer afneemt vanaf een winst van € 250.000, omdat daarboven het hoge box 2-tarief zorgt voor een hogere belastingdruk. Vanaf een winst van € 404.000 is de IB- onderneming hier weer interessanter.
In het algemeen geldt dat een BV sneller voordeliger is dan voorheen, maar dat bij aanzienlijke winsten het voordeel ook weer eerder afneemt. Het blijft voor iedere situatie rekenen om te bepalen welke situatie het meest gunstig is.
Mocht u overwegen om over te stappen naar een BV, dan kan dat eventueel nog met terugwerkende kracht naar 1 januari 2025. Daarvoor moet u vóór 1 oktober a.s. stappen ondernemen. Tijdige voorbereiding is gewenst!